Boudewijns tegelverhaal begint in 2015, vlak na de derde verjaardag van TGLS en de verhuizing van Patricks zolderkamer naar een kantoorpand in Bunnik. Via een oud-collega en projectleider rolt Boudewijn vanuit de civiele techniek terug de bouw in: het doel dat hij voor ogen had met zijn studie bouwkunde. Als rechterhand van Joop en een van de eerste medewerkers doet hij dan nog van alles. Naarmate het team groeit, ontwikkelt hij zich tot werkvoorbereider. En die rol past hem goed: inmiddels is er niemand die langer voor Patrick en Joop werkt dan hij.
Z’n geheim? ‘Je moet ze leren kennen. Het zijn goeie gasten en ze doen alles voor je, maar dat verwachten ze ook van jou.’ Het geeft hem veel verantwoordelijkheid. De kleine, platte organisatie die TGLS nog altijd is, draagt daar ook aan bij. ‘Wat we met zo’n veertien man aan werk verzetten is niet mis.’ Het meest trots is hij op de Bijenkorf Utrecht, waar het herkenbare honingraatpatroon terugkomt in de vloer. ‘De 90x90-tegels zijn stuk voor stuk op maat gezaagd.’
Boudewijns persoonlijke tegelwijsheid: ‘Je hoeft niet groot te zijn om groot te doen.’